dreamstime s 19709646

Eind 2009 vulde ik de ‘Strengths Finder‘ test in, na het lezen van het boek ‘Ontdek je sterke punten’ (Buckingham & Clifton). Vijf sterktes kreeg ik in het verslag toegewezen: Actiegerichtheid, Leergierigheid, Ideeënvorming, Verbondenheid en Woo. Het kostte mij wat tijd om te leren wat deze mooie namen inhielden, en hoe ik ze op mijzelf kon betrekken.

 

Actiegerichtheid was makkelijk: ik wacht niet lang, ik ben niet van het analyserende geduldige type. Uitproberen, doen, trial and error: dat is meer mijn ding. Het feit dat dit een talent was, dat was voor mij wel nieuw. Ik kon deze eigenschap dus ook zien als iets goeds, als een sterk punt. En niet zoals ik tot dan toe deed: mijn actiegerichtheid als mijn zwakte. Want, zo dacht ik, maturiteit toont zich in kunnen wachten, in strategisch overzien voor je handelt. Ik was te impulsief, te snel.

 

Ook 'leergierigheid' probeerde ik voordien te verminderen: er zat een oud oordeel op. Dat ik snel en graag leer, dat was fijn natuurlijk. Maar dat ik ook snel iets beu ben, steeds zin heb in nieuwe dingen en andere inhouden, dat vond ik maar flauw. Voor het invullen van de sterke punten-test zag ik mijzelf als iemand die niet kon doorzetten, die niets volhield. Of op zijn mildst: iemand die zijn ware passie zeker nog niet had gevonden. Ik leerde immers pianospelen, kinderkleren naaien, kleuters leiden, toneelspelen, boetseren, Spaans spreken,… en dan heb ik het alleen nog maar over mijn vrije tijd.

 

Dat dit werd benoemd als een sterkte, als een talent: dat deed deugd. Het werd voor mij zaak een beroep te zoeken waarin ik al dat ongebreidelde leren een plek kon geven, waar het mij zelfs veel kon opleveren. Waarin ook mijn 'Woo' (het innemen van mensen in een eerste contact), Verbondenheid (aanvoelen hoe de sfeer tussen mensen is, als de spin in het web) en 'Ideeënvorming' (het combineren van standpunten en het genieten van nieuwe inzichten) helemaal tot hun recht komen.

 

En in dat nieuwe beroep van mij kreeg ik, zomaar, een talentgesprek cadeau van mijn collega Carmien. Een gesprek waarin ze mij liet zien hoe al deze talenten met elkaar samenwerken, en hoe ik ze nog beter kon inzetten. Ze toonde mij hoe ook ‘Positivisme’, ‘Overtuiging’ en ‘Maximalisering’ tot mijn sterktes behoren. Ik denk er nog met plezier aan terug, aan dat gesprek. Omdat het goed voelt als iemand je ziet in je talenten. Het zette mij in mijn kracht en leerde mij een soort handleiding maken van mijzelf. Met daarin die situaties waarin ik volop energiek kan staan en die factoren die maken dat ik mij duurzaam kan engageren. En door het toevoegen van vaardigheden die maken dat ik niet doorschiet in mijn sterktes (wat mijn collega Luk Dewulf zo mooi 'hefboomvaardigheden' noemt). Ik leerde bijvoorbeeld dat tijdig advies vragen bij mensen die een realistische en analyserende kijk hebben, mij helpt. Omdat ik, dankzij mijn actiegerichtheid en positivisme, vaak allang vertrokken ben en de beren op de weg niet gezien heb.

 

Sindsdien voer ik ze zelf heel vaak, die talentgesprekken. En het is heerlijk werk: mensen gaan ervan stralen (letterlijk!). Het is als toestemming geven: erkenning voor de talenten die vaak nog maar zo weinig werden gezien als talent. Sterkte zien daar waar mensen het gevoel hebben dat het zo makkelijk gaat, en volgens hen dus geen verdienste is. Omdat we door dit soort kijk allemaal beter gaan werken en samenwerken. En elkaar en onszelf meer leren waarderen.

 

Carmien en ik willen graag dat meer mensen (meer bedrijven en organisaties) de kracht van het ontdekken van talenten zelf ervaren. Daarom ontwierpen we een talentcheque. In deze gesprekken gebruiken we de schitterende Ik kies voor mijn talent – toolbox, die door Luk Dewulf en Peter Beschuyt werd ontwikkeld.


Deze blog verscheen ook op vrijdagvisiedag.com.