
Wandelend door het prachtige Oxford, waar ik voor werk mag zijn (een cadeautje, eerlijk gezegd), luister ik naar de podcast Onaantastbaar. Het zijn indringende verhalen over intimidatie, machtsmisbruik en het lang doorwerkende effect daarvan op medewerkers van de voormalige Nederlandse Moslim Omroep. Terwijl de colleges hier in statige zalen doorgaan, dwaal ik met mijn hoofd naar een andere onderwijsinstelling. Eentje dichter bij huis, waar ik betrokken raakte bij een moeizame situatie binnen een onderwijseenheid.
Even voor de duidelijkheid: dit is geen succesverhaal waarin de adviseur alles fikst en het daarna "nog lang en gelukkig" is. Het is eerder een terugblik op pogingen om iets in beweging te zetten, in een omgeving waar werk mensen meer kostte dan het opleverde. Want hoe herstel je werkrelaties als het vertrouwen is weggezakt? Wat doe je als mensen gekwetst zijn, zich onveilig voelen, en de samenwerking vastgelopen is?
Waar zit de pijn?
In dit geval ging het om een team ondersteunende professionals en een bestuur binnen een onderwijseenheid. Geen felle ruzies tussen individuen, maar wel meerdere medewerkers die thuiszaten met stressklachten, en anderen die zich in hun werk niet erkend voelden. Mensen werkten langs elkaar heen, ombudspersonen waren ingeschakeld, en het vertrouwen was op een dieptepunt.
De vraag aan mij: kun jij helpen het vertrouwen te herstellen en de samenwerking nieuw leven in te blazen? Mijn insteek was een systemische benadering, geïnspireerd op het werk van Marijke Spanjersberg. Daarin ga je op zoek naar het ontschuldigende verhaal—niet wie fout zat, maar wat er speelde in werkinhoud, context en relaties. In dit geval was het beeld helder: er ontbrak een gezamenlijk doel, de context was onrustig door personele wisselingen, besluitvorming was diffuus en spelregels ontbraken. Vrij spel, zonder richting.
Veiligheid: meer dan je op het eerste gezicht ziet
In het denken over veiligheid op de werkvloer maakte ik dankbaar gebruik van Hans van der Loo’s onderscheid tussen psychologische en sociale (on)veiligheid. Waar psychologische veiligheid draait om je veilig voelen om iets te zeggen, je gewaardeerd weten, en fouten mogen maken (denk aan het werk van Amy Edmondson), gaat sociale onveiligheid over concrete vormen van agressie—van subtiele sneren tot discriminatie en intimidatie. Over feitenonderzoek en juridische trajecten… Het zijn twee verschillende logica’s met elk hun eigen aanpak. In mijn ervaring (en ook volgens Hans) zit de meeste ruimte voor herstel en beweging vaak in de hoek van de psychologische veiligheid: daar waar mensen weer gehoord worden, het werk centraal komt te staan, en er nieuwe betekenis ontstaat.
Waar kwam beweging?
Wat werkte er dan in deze situatie? Ik noem vier elementen waarvan ik vermoed dat ze verschil maakten.
- Ten eerste: ruimte creëren voor ieder individueel verhaal. In plaats van te snel conclusies te trekken, vertraagden we. Via individuele interviews en later groepsgesprekken over concrete situaties kwam er voorzichtig nieuwsgierigheid terug. Niet bij iedereen, maar genoeg om beweging te zien.
- Ten tweede: we brachten het werk centraal. Niet eindeloos reflecteren op ‘hoe het gaat’, maar samen kijken naar specifieke werkinhoud: communicatie, rollen, afspraken. Dat leidde tot praktische verbeteringen, zoals nieuwe afspraken met de onderwijs- en onderzoekteams.
- Ten derde: herstelgebaren. Sorry zeggen is een kunst. Het leiderschap had, ondanks goede bedoelingen, verwarring gebracht. Voor sommigen was het nodig dat dit erkend werd. Reflectie én een symbolisch gebaar bleken essentieel.
- Ten vierde: we werkten aan een nieuw verhaal. In plaats van te blijven hangen in wat misging, richtten we ons op wat we samen wél wilden. Wat voor team willen we zijn? Wat gaan we aanpakken? Wat hebben we daarvoor nodig? Dat verhaal ontstond stap voor stap, in woorden én in acties.
Tot slot: als het even schuurt
Deze ervaring leert me dat er geen pasklare antwoorden zijn als het gaat over werkrelaties die beschadigd zijn. Maar wél aanknopingspunten. Door ruimte te geven aan verschillende perspectieven, het werk als uitgangspunt te nemen en samen te zoeken naar een nieuw verhaal, ontstaat er ruimte voor herstel. Niet voor een happy end misschien, maar wel voor een ander begin. En precies dat – het zoeken naar mogelijkheden, zonder het verleden te ontkennen – is wat mij blijft boeien in dit werk. Volgende keer weer? Zeker. Maar altijd weer anders.
Inspiratiebronnen
- Giftig Gedoe - Hans van der Loo en Caroline Koetsenruijter
- Tussentaal - Marijke Spanjersberg
- De onbevreesde organisatie - Amy Edmondson