gekleurde potten

'Baanboetseren': op zoek naar de optimale match tussen talent en werk


De wens om in het werk aangesproken te worden op sterktes en drijfveren wordt bij medewerkers steeds sterker. En ook organisaties merken dat het voor de betrokkenheid, maar ook de wendbaarheid en innovatiekracht belangrijk is dat mensen hun talent in hun werk kwijt kunnen. Het ‘talentendenken’ staat in de belangstelling. Maar als het alleen blijft bij tests die helpen zicht te krijgen op iemands talent, dan is dat jammer. Het gaat er immers om je talenten te kunnen inzetten in je werk. ‘Talent in actie’, zoals onze collega Luk Dewulf dat noemt. In dat opzicht is ‘job crafting’ een interessant fenomeen. De Vlamingen kennen het onder de naam ‘baanboetseren’. En het lijkt door te breken….

 

Job crafting

Job crafting – soms ook wel job shaping genoemd - is ontwikkeld in de hoek van de Positieve Organisatiepsychologie. De kern van het idee is dat je je functie met kleine aanpassingen op maat snijdt. Zodat het werk optimaal aansluit bij je motivatie en kwaliteiten. Wrzesniewski en Dutton worden vaak als grondleggers gezien. In een mooi artikel in 2001 hielden zij al een pleidooi voor ‘Employees as Active Crafters of Their Work’. Ze verlegden daarmee de focus die tot dan toe sterk dominant was in het denken over welbevinden in functies: het gaat er niet om wat werk motiverend maakt, maar om hoe je mensen ondersteunt om hun eigen werk motiverend te maken.

 

Het op maat snijden van je werk kan betekenen dat je een kleine verschuiving in het takenpakket of je aanpak maakt. Het kan ook zijn dat je invloed neemt op de relaties, de mensen die je regelmatig spreekt en waar je mee werkt. Dat zijn vormen van werkaanpassing waarin je werk echt fysiek verandert. Maar job crafting kan ook een meer cognitieve insteek hebben. Mensen kunnen hun werk 'mentaal' veranderen doordat ze het anders gaan zien, hun rol bijvoorbeeld beter plaatsen in een groter geheel. Als je weet hoe je werk bijdraagt aan een hoger doel, kan dat je gevoel omtrent dat werk drastisch veranderen.

 

Mooi werk maken

Mark van Vuuren en Luc Dorenbosch, auteurs van het deze maand verschenen boek ‘Mooi werk’ geven een heel volledige definitie. Ze omschrijven job crafting als:

  • het zelf of gezamenlijk met collega’s mooier maken van je eigen werk door concrete aanpssingen aan te brengen in taken, relaties, cognities of context;
  • gericht op het creëren van mooi werk middels het versterken van de aansluiting van het werk op je persoonlijke behoeftes, sterke kanten, interesses en fysieke en cognitieve capaciteiten;
  • vanuit je eigen motivatie en inzicht in de ruimte die het werk biedt voor aanpassingen;
  • ter bevordering of behoud van uitdagend, betekenisvol en gezond werk;
  • met oog voor organisatiedoelstellingen en zonder collega’s of klanten te benadelen.

Zij deden voor TNO uitgebreid onderzoek naar dit fenomeen en ontdekten dat het in eigenlijk allerlei soorten organisaties en functies mogelijk is. Er zijn voorbeelden van toepassingen in ‘vrije’ functies, maar ook bij meer afgebakend werk, bijvoorbeeld in productie-omgevingen. Overal zijn enige vrijheidsgraden te vinden. Mooi werk is een heel praktisch boek met aanknopingspunten voor hoe je je baan op maat kunt snijden.

 

Doet iedereen dit?

Een belangrijk kenmerk van job crafting is dat het ‘zelf-gestuurd’ is: de medewerker initieert en voert het uit. Hoogleraar Arnold Bakker doet onderzoek naar de mate waarin mensen dit doen, en wat hen daarbij helpt. Want sommige mensen gebruiken die ‘rommelruimte’ al volop en anderen niet. Juist voor die laatste categorie kan baanboetseren een interessant fenomeen zijn. Omdat het helpt om de stap te zetten die iemand nog niet uit zichzelf zet.

 

Meer aandacht voor job crafting

Hoewel het concept dus al zo’n tien jaar bekend is, lijkt het nu pas door te breken. Er ontstaat mondjesmaat wat meer vakliteratuur, er wordt mee geëxperimenteerd - onder andere binnen de politie - en meer onderzoek naar gedaan. Ook duikt het op in de meer breed georiënteerde media: dit voorjaar in een Outlook-bijlage van het FD (pag. 29 en verder) en vorige week een artikel in Intermediair. Die toegenomen aandacht is waarschijnlijk verbonden met de sterkere interesse voor de sterkepunten-benadering van leren en ontwikkelen. Maar ook met de toenemende krapte op de arbeidsmarkt. Met gedwongen ontslagen en taakstellingen wordt het minder makkelijk om over te stappen en zijn mensen meer geneigd te kijken hoe ze nog meer uit hun huidige werk kunnen halen.

 

Verkennen

We zijn zelf enthousiast over de kansen van dit concept en experimenteren de komende tijd met een aantal organisaties met manieren om dit concreet handen en voeten te geven. Hierbij maken we specifiek de verbinding met ‘talent’: waar ligt je kracht en hoe kun je die in je werk zo goed mogelijk inzetten?

 

Neem gerust contact op als je meer wilt weten of op de hoogte wilt blijven. Of als je zelf leuke voorbeelden of linkjes hebt, natuurlijk!